dōTERRA komt uit het Latijn en betekent ‘Gift of the Earth‘.
Planten hebben een geavanceerd middel om te reageren op aanvallen van herbivoren en ziekteverwekkende organismen. Bij een aanval door een herbivoor wordt een systeem genaamd Geïnduceerde Resistentie (IR) geactiveerd. Dit pad veroorzaakt de afscheiding van stoffen die de plant minder smakelijk maakt (onaantrekkelijke geur, een bittere smaak, etc.) of die het roofdier vergiftigen en ziekte of dood veroorzaken.
Een ander resistentiepad wordt in gang gezet door schimmel-, virale of bacteriële infecties. Wanneer een ziekteveroorzakend organisme zich bindt aan plantencellen, wordt een lokale reactie, de Overgevoelige Reactie (HR) genaamd, geïnduceerd. De plant sluit de geïnfecteerde locatie af en veroorzaakt een snelle celdood in de omgeving van de infectie en voorkomt dat de infectie zich over de hele plant verspreidt. Deze weg zorgt ervoor dat verkleurde vlekken op de bladeren of bloemen van de plant verschijnen waar de celdood heeft plaatsgevonden. Wanneer één gebied van de plant terminaal geïnfecteerd is en de HR-respons wordt geactiveerd, zal de plant salicylzuur (een verbinding die vergelijkbaar is met het actieve ingrediënt in aspirine) en stikstofmonoxide (NO) produceren. Samen zorgen deze verbindingen voor een systemische reactie waarbij beschermende en herstellende verbindingen in de hele plant vrijkomen. Deze verbindingen werken om de microben te doden, wonden te genezen en beschadigde weefsels te herstellen.